17 Jul Zomerrecept: kappertjes van Oost-Indische kers
Oost-Indische kers hoort echt thuis in je moestuin. Het zijn prachtige oranje en gele bloemen, soms ook rood of gestreept die je tuin of balkon opfleuren. En het leuke is, dat ze elk jaar weer opkomen. En je kan bijna alles eten van deze eetbare bloem, zowel de bloemetjes, blaadjes en de zaden. Van de zaden kan je kappertjes maken. Geen moeilijk klusje, alleen een paar dagen geduld, voordat je de kappertjes voor je gerechten kan gebruiken.
Ingrediënten
50 gram groene zaden van de Oost-Indische kers
3 dl water
25 g zout
witte wijnazijn (totdat kappertjes onderstaan)
1 (vers) laurierblad, eventueel tijm of venkelzaad
Bereiding
Was de zaden en zet ze drie dagen in water met zout. Ververs het water iedere dag. Spoel ze schoon en doe ze in een pot met een goed afsluitbare deksel. Kook de azijn met wat zout en het laurierblad in ongeveer 10 minuutjes, laat wat afkoelen en schenk het op de kappertjes (groene zaden van de Oost-Indische kers). Sluit de deksel goed af en laat de zaden vier tot zeven dagen marineren in de koelkast. Dan zijn ze lekker om te eten. Ze zijn ongeveer twee maanden te bewaren in de koelkast. Heerlijk bij een salade van Oost-Indische kers, met rucola, zachte geitenkaas en een sinaasappeldressing.
Zaai je Oost-Indische kers op je balkon of in de tuin
Oost-Indische kers kan je in zaadjes kopen en rond half mei in de volle grond zaaien. Ze groeien, bloeien, klimmen en kruipen vanzelf en vragen verder geen onderhoud, behalve een zonnig plekje.
No Comments